“Ik begrijp nu waarom de organisatie niet zo snel gaat als ik zou willen”

Jurgen Schoenmakers was een van de deelnemers aan de Masterclass Duurzaam Ondernemen, een praktijkgericht mvo-opleiding die MVO Nederland organiseert samen met de Nyenrode Business Universiteit. In een besloten groep van duurzaamheidsprofessionals werkte hij zo aan de gewenste transitie binnen zijn bedrijf. “Het programma is cruciaal geweest om te begrijpen waarom de organisatie soms niet zo snel op duurzaamheid ging als ik zou willen. Dat heeft me echt rust gegeven.” Tijdens de expeditie vervult Schoenmakers de rol van Manager Duurzaamheid bij ontwikkelende bouwer Dura Vermeer. Kort na de opleiding is hij als Commercieel Manager gestart bij bouwbedrijf De Bonth Van Hulten. Zijn ambitie is om de bouwpraktijk te verduurzamen door oplossingen te koppelen aan de klantvraag. “Duurzaamheid hoeft niet altijd meer te kosten en levert tegelijkertijd maatschappelijk veel waarde op”.

1. Wie ben je?

“Ik ben ooit begonnen als project- en tendermanager bij bouwbedrijf Dura Vermeer, waar ik werd gegrepen door het thema circulair bouwen. Voor mij is dat sindsdien dé manier om verantwoordelijk om te gaan met onze planeet en grondstoffen. Deze interesse in circulair leidde ertoe dat ik bij Dura Vermeer ben gevraagd om de functie van manager duurzaamheid voor de divisie bouw en vastgoed op me te nemen. En omdat mijn overtuiging is dat duurzaam werken in je gedrag en motivatie zit, vond ik het ook logisch om dat mee te nemen in een managementfunctie. Tijdens het programma ben ik daarom overgestapt naar De Bonth Van Hulten als commercieel manager en kan ik ook daar veel impact maken.”

2. Waarom ben je de Masterclass Duurzaam Ondernemen gaan volgen?

“Meestal denk ik niet te lang over dingen na voordat ik ergens in stap. Ik merk dat ik met mijn creativiteit eenvoudig zaken aanpak. Zo ben ik ook bij Dura Vermeer begonnen met duurzaamheid, zonder speciale vooropleiding. Ik stap in en stuur dan bij. Achteraf gezien was ik in mijn functie wel een beetje aan het zwemmen. Oftewel: ruimte genoeg, maar weinig richting.  Tot ik Andre Nijhof van Nyenrode Business Universiteit tegenkwam, die me op de masterclass wees.”

3. Wat maakt het programma zo sterk?

“De opbouw van abstract naar detail. Zo begonnen we met een helicopterview en eindigden bij gedragsverandering. Daarmee is de Masterclass Duurzaam Ondernemen cruciaal geweest om te begrijpen waarom de organisatie niet zo snel ging als ik wilde. Dat heeft me echt rust gegeven. Al werkende leerde ik dat het belangrijk is om focus te houden. De opleiding bevestigde me daarin. Én ik leerde om fases en rollen in een duurzame transitie te herkennen. “Dit heeft mij geholpen om met mijn organisatie toe te werken naar mijn zogenaamde big hairy audacious goals.”

4. Wat ben je anders gaan doen door de opleiding?

“Ik deed voor de expeditie veel tegelijk, omdat ik beweging in de organisatie wilde zien. Ik hield me bezig met de management teams, het ontwikkelen van tools, events en communicatie en ook was ik inhoudelijk betrokken bij projecten. Terwijl een organisatie in beweging krijgen om strategisch beïnvloeden vraagt.  Ik heb dan ook bewust gekozen dat wat ik doe moet bijdragen aan helderheid: weten waar ik sta én waar ik naartoe wil. Door persoonlijk leiderschap en met tools om duurzaamheidsprestaties meetbaar en inzichtelijk te maken. Wat dat betreft heeft de masterclass er vooral voor gezorgd dat ik meer aan mijn plan ben gaan vasthouden.”

5. Wat is tot slot je het meest bijgebleven?

“Dan denk ik gelijk aan de inspirerende groep. Door het gemeenschappelijke doel waren we al snel informeel in de omgang. Maar ook ambitieus. Dat zorgde voor een hechte band tussen de deelnemers. Het ene moment konden we bij elkaar klagen, het volgende op weg helpen. En dan maakt het niet uit in welke sector je werkt of hoeveel ervaring je hebt. Vanuit de inhoud denk ik meteen aan wat ik geleerd heb over de fasen in systeemverandering. Die helpen me echt om initiatieven en plannen in perspectief plaatsen zodat je snapt waar je moet duwen en waar of wanneer juist niet.”